Het olympisch seizoen is gestart. Monobob atleet Karlien Sleper is inmiddels weer thuis na de eerste 33 afdalingen op de baan in Yanqing. Ze heeft het gevoel dat ze de baan goed heeft leren kennen de afgelopen weken en is tevreden over haar laatste run.
Een echt resultaat heeft ze niet. De laatste afdaling werd niet gerekend omdat ze 800 gram te zwaar was. Er waren meer atleten die hier tegenaan liepen. Waar dit precies door kwam heeft ze niet kunnen achterhalen. Ze was al 5 kilo afgevallen en er was al een paar kilo gewicht uit de slee. Het gevoel wat ze aan de run heeft overgehouden is positief en dat neemt ze mee naar huis.
Flipperkast
Karlien: ‘Op deze olympische baan is het niet moeilijk om op 4 ijzers beneden te komen. De baan is wél vrij uitdagend als het aankomt op het vinden van de snelste lijn naar beneden. Er is weinig druk in de bochten, wat de slee aan de bocht houdt en maakt dat je grip hebt.’
‘Zeker met de monobob is het zoeken naar de juiste lijnen. Slechts een klein tikje aan de bumper kan er al voor zorgen dat de hele slee als een balletje van een flipperkast reageert. En wanneer dat eenmaal gebeurt kun je zelf weinig doen om het te stoppen. Dus goede lijnen zijn echt heel belangrijk voor de snelste afdaling.’
‘We hebben ook al gezien dat je een volle seconde kan winnen of verliezen tussen 2 runs, afhankelijk van hoe goed je hebt gestuurd. Normaal is dat verschil niet zo groot, maar hier op deze baan wel. De gemiddelde tijd van een afdaling is 1 minuut en 6 seconden. Wat vrij lang is voor een run, meestal ligt dat wel onder de minuut. De snelheid die we met de monobob bereiken ligt rond de 116 km per uur.’
Alles intern
‘We leefden in China op een heel groot terrein met alle bobslee en skeleton atleten en coaches en trainers. Met verschillende gebouwen waar we sliepen en waar we in grote eetzalen konden eten. Een atletiekbaan waar we konden trainen en een gezamenlijke ruimte voor krachttraining. Toch ben je de hele tijd intern en dat is af en toe wel een uitdaging nu we in Nederland alweer zo gewend zijn aan een vrijer leven.’
Logistieke puzzel
Vanaf het complex zijn de atleten eerst ongeveer 45 minuten met de bus onderweg naar de bobsleebaan. Daar worden ze afgezet bij onze bobs. Alle sleeën staan in containers waar meteen ook het werk aan de sleeën gedaan kan moet worden.
Vanaf de containers worden de atleten, mét slee, in kleine vrachtwagens naar de start gebracht. Na elke run brengen die wagentjes hen ook terug naar boven voor een volgende run. Dat scheelt niet veel van hoe het op andere bobsleebanen gaat. Alleen ben je door alle maatregelen een stuk afhankelijker. Aan het eind van elke trainingssessie worden ze weer afgezet bij hun container. Logistiek best een puzzel. Voor een ochtendsessie zitten vertrekt de bus al om kwart over 6 vanaf het complex. Is de training ‘s avonds, want die mogelijkheid is er op een bobsleebaan, dan zijn ze pas na middernacht terug in het hotel.
Moonsuits
Karlien: ‘Van het land op zich krijgen we nauwelijks wat mee. Wanneer we ergens zijn om te sleeën, zijn we sowieso veel in ons eigen wereldje. Daar zijn we vaak wel al druk genoeg mee. Het enige waar we hier tegenaan lopen, is dat niemand hier zelf een beslissing kan nemen en ze ook niet echt met een alternatief of oplossing komen. Wanneer je een vraag stelt en ze weten het antwoord niet, is het eigenlijk altijd nee. Best onhandig als je met allemaal tassen ergens langs de bobsleebaan staat en het busje wat langs rijdt wil je niet meenemen omdat het hem niet was verteld of het ritje niet was ingepland.’
Ook als je hulp nodig hebt met iets, en dat is meer regel dan uitzondering wanneer je alleen in een bob zit, voel je je wel echt een roepende in de woestijn af en toe. En die moonsuits waar die baanmedewerkers in lopen maken het ook niet echt makkelijker om iets te vragen. Maar ook daarvoor is zo’n test event fijn, inmiddels snappen ze een beetje hoe het werkt. Verder springen gelukkig coaches en atleten van andere landen to the rescue, dat helpt enorm!